Mijn oren werken niet goed, maar dat wil niet zeggen dat ik niet kan functioneren...
Ik heb altijd best hard moeten knokken voor wat ik wil. En dat was niet de meest makkelijke route.
Als kind stond ik niet stil bij bij het feit dat mijn oren niet goed werkten. Ik wist niet beter en ik weet eigenlijk nog steeds niet beter... Ik bedoel, goedhorend word ik nooit.
Ik heb goed of beter kunnen horen waarschijnlijk, want mijn spraak-taal ontwikkeling was op gang gekomen. Ik heb best een zwaar gehoorverlies en zonder apparaten hoor ik geen stemmen. Tenzij je naast me staat te schreeuwen, maar dat is niet zo prettig. Als ik al vanaf mijn geboorte zo slecht hoorde, had ik een mindere spraak-taal ontwikkeling, want ik ving dan niet alles vanzelfsprekend op, Ook heb ik vage herinneringen aan dat ik stemmen hoorde. Die stemmen klonken anders, dan nu met gehoorapparaten.
Ik heb goed of beter kunnen horen waarschijnlijk, want mijn spraak-taal ontwikkeling was op gang gekomen. Ik heb best een zwaar gehoorverlies en zonder apparaten hoor ik geen stemmen. Tenzij je naast me staat te schreeuwen, maar dat is niet zo prettig. Als ik al vanaf mijn geboorte zo slecht hoorde, had ik een mindere spraak-taal ontwikkeling, want ik ving dan niet alles vanzelfsprekend op, Ook heb ik vage herinneringen aan dat ik stemmen hoorde. Die stemmen klonken anders, dan nu met gehoorapparaten.
Mijn ouders hebben altijd geloofd in dat ik gewoon kon doen, wat ik wilde doen. Ik heb van hen geleerd me er niet voor te schamen en er open over te zijn. Door hun positieve houding, heb ik me ook nooit geschaamd voor mijn slechthorendheid. Het hoort bij me, daar kan ik niets aan veranderen. Ik kan mezelf ook niet goedhorend maken. Dat de wereld om me heen moeite heeft om het te accepteren, ja dat was lastig. Want zonder goodwill van anderen is het functioneren in de horende wereld erg moeilijk. Denk maar aan het volgen van vakken op school; muziek maken vind ik super leuk, maar de muziekdocent die dacht, dat kan ze niet, ze gaat maar met een tekenopdracht op de gang zitten. Nou ja... instrumenten herkennen in muziekstukken kan ik inderdaad niet. Maar ik kan wel instrumenten bespelen en ik houd van muziek. Met een beetje meedenken, was er ook wel een oplossing gekomen. Ik heb trouwens gewoon de muzieklessen gevolgd hoor, maar de docent liet blijken dat hij het er niet mee eens was en telde mijn luistertoetsen altijd mee. Dat ik een voldoende op m'n rapport had, was te danken aan het feit dat ik goed was in de praktischere opdrachten. (Mijn ouders waren het niet met deze denkwijze eens en hebben dus ook er voor gezorgd, dat ik gewoon muziek volgde).
Toen ik zestien was, ging ik naar het HBO. Ik wist eigenlijk niet zo goed wat ik wilde, alleen de wens om met mensen te werken had ik. En dat is super breed. Ik had wel de voorkeur voor de opleiding SPH, maar er werd geadviseerd om maatschappelijk werk te gaan studeren. Dit was een op een en met mijn gehoor makkelijker, met SPH zou ik met groepen moeten werken. Ik zag daar de logica wel van in en ben er in mee gegaan. Uiteindelijk ben ik dik paar jaar later toch overgestapt naar SPH. Ik vind juist met groepen werken hartstikke leuk! Natuurlijk is het wat lastiger, om dingen te volgen, maar ik heb zo mijn manieren om de dingen op te vangen. Voor mij is het nooit een probleem geweest. Voor de bewoners, clienten waar ik door de jaren heen mee heb gewerkt, is het ook nooit een probleem geweest, voor hen was het gewoon zo.
Ik liep eerder vast op collega's die allemaal leeuwen en beren op de weg zagen. Ik snap het wel, het is een beperking waar je je als goedhorende geen voorstelling van kunt maken, maar om dan gelijk te denken in beperkingen, vind ik jammer.
Ik ben zoveel meer dan mijn beperking! Gelukkig heb ik altijd wel mensen om me heen getroffen die wel in me geloofden en daardoor stond ik sterker. Want het is best hard om aan anderen te laten zien, dat je geschikt bent voor het vak, waar je voor hebt gekozen en om daar voor te knokken.
En dat is een heel bewuste keus geweest. Ik vind het super leuk om met mensen te werken en ik wil het ook graag. Ik had ook voor een baan kunnen kiezen, die misschien wat makkelijker was, maar wat niet bij me paste. Daar zou ik ook ongelukkig van worden. En ja, daar hoort dus eigenlijk strijd bij.
Het enige wat ik zelf lastig vind, is dat ik niet even zo kan telefoneren. Ik kan telefoneren, er is een bemiddelingsdienst voor doven en slechthorenden, waardoor ik via een tolk ook kan bellen. En er zijn ook hulpmiddelen voor telefoons. Maar als je met een systeem werkt, -zoals in de zorg vaak het geval is,- dan is het wel zoeken hoe je het hulpmiddel aansluit en of dat mogelijk is. Maar ook daar ben en blijf ik altijd positief in.
Het enige wat ik zelf lastig vind, is dat ik niet even zo kan telefoneren. Ik kan telefoneren, er is een bemiddelingsdienst voor doven en slechthorenden, waardoor ik via een tolk ook kan bellen. En er zijn ook hulpmiddelen voor telefoons. Maar als je met een systeem werkt, -zoals in de zorg vaak het geval is,- dan is het wel zoeken hoe je het hulpmiddel aansluit en of dat mogelijk is. Maar ook daar ben en blijf ik altijd positief in.
En op mijn huidige werkplek(ken) wordt er niet zo moeilijk over gedaan; telefoongesprekken worden dan opgenomen door mijn horende collega en ook alle telefoontjes naar buiten worden door hen gedaan. En mocht het super dringend zijn: in uiterst geval kan ik altijd de telefoon oppakken en de belangrijkste informatie door geven. Als bewoners bellen; ik zie op de pieper altijd wie er belt, ik neem dan gewoon op en zeg dat ik er aan kom. Doordat ik zie wie er belt, kan ik er heen lopen.
Sinds kort werk ik ook af en toe als activiteitenbegeleider (en dat is het vak waar ik oorspronkelijk voor opgeleid was ;-)). En dan werk ik met een groep. Nu ken ik de bewoners en hun stemmen, dat scheelt, maar ik merk dat ik ook dat niet als belemmering ervaar. Ik vraag gewoon om herhaling als ik het niet volg en er is altijd iemand die het wel herhaalt.
Mijn eigen houding is ook altijd belangrijk in deze. Ik blijf positief en denk in mogelijkheden. Als ik merk dat het toch lastig is of er ontstaan misverstanden, dan geef ik aan waardoor ik denk dat het komt. (De mensen weten wel dat ik slechthorend ben, maar het wordt vaak vergeten). Tijdens scholingen en grote overleggen zet ik een tolk in. Dat is wel een voorwaarde. Die overleggen zijn voor mij te zwaar om het te volgen zonder tolk. Ik weet dat ik het kan, maar het vraagt veel meer inspanning.
Kleine overleggen zijn geen probleem, maar als iedereen door elkaar praat, dan ben ik weg. Ook hier zijn hulpmiddelen in te zetten... die ik (nog) niet heb, maar waar ik wel mee bezig ga. De ontwikkeling staat wat dat betreft ook niet stil.
Kleine overleggen zijn geen probleem, maar als iedereen door elkaar praat, dan ben ik weg. Ook hier zijn hulpmiddelen in te zetten... die ik (nog) niet heb, maar waar ik wel mee bezig ga. De ontwikkeling staat wat dat betreft ook niet stil.
Al met al: het kostte heel veel strijd, maar ik heb nu twee leuke banen waar ik word geaccepteerd zoals ik ben. En als men er toch moeite mee heeft: wie heeft er dan een probleem? Ik beschouw het dan als de beperking van de ander. Tenslotte kom je met denken in mogelijkheden heel ver en is er altijd wel iets, waar iemand niet goed in is, of niet kan. Maar samen komen we toch veel verder?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten